Met PDS op vakantie: zo bereid je je voor!

Met PDS op vakantie gaan valt nog niet mee! Als je het prikkelbare darm syndroom (PDS) hebt, heb je namelijk meer kans op maag- en darmklachten zoals buikpijn, gasvorming, diarree of een opgezette buik. Juist tijdens je vakantie wil je graag kunnen genieten. Met diarree op de wc zitten of met krampen in bed liggen is het laatste wat je wilt. Met PDS op vakantie gaan kan prima als je je goed voorbereidt. Hieronder lees je hoe je kunt voorkomen dat je last krijgt van buikklachten tijdens je vakantie.

1. Zoek van te voren uit welke voeding je kunt verdragen

Met PDS op vakantie gaan terwijl je niet weet waar je wel en niet tegen kunt, is als een lot winnen in de loterij. De kans is zo klein dat het goed gaat. Zoek daarom samen met een PDS-coach van te voren uit te zoeken welke voeding je wel en niet kunt verdragen. De meest voorkomende voedsel allergieën of intoleranties voorkomen zijn: gluten, lactose, granen, soja, ui, knoflook, peulvruchten, scherpe kruiden, zoetstoffen, suikers, koolzuur, fructose, koolsoorten, nachtschaden, citrusvruchten, koffie, alcohol, geur-, kleur- en smaakstoffen. Door middel van een uitgebreid eet- en darmklachtendagboek kun je er samen met de PDS-coach achter komen waar je overgevoelig voor bent. Daarnaast leer je ook wat je juist wel kunt eten. Per seizoen kan het verschillen wat je kunt verdragen. Zo kan ik yoghurt wel verdragen in de zomer, maar niet in de winter.

“Ik weet nog maar al te goed hoe hopeloos ik me voelde toen ik in mijn eentje voor vier maanden ging backpacken in Zuidoost-Azië, terwijl ik nog niet wist welke voedselintoleranties ik allemaal had. Dagelijks had ik hevige buikpijn en darmkrampen waardoor ik soms wel 20 keer per dag naar de wc moest en uiteindelijk in vier ziekenhuizen belandde. Ik probeerde om gluten- en lactosevrij te eten, maar doordat ik me niet had verdiept in de voeding van de landen en niet wist of dat was waar ik niet tegen kon, had dit zelfs weinig effect. Zoek daarom van te voren professionele begeleiding, zodat je goed voorbereid bent voordat je op vakantie gaat.”

2. Met PDS op vakantie: neem producten van thuis mee

Als vakantieliefhebber weet ik ondertussen goed wat je allemaal voor voeding mee kunt nemen van huis. Enkele favorieten van mij zijn: boekweitmeel (maak ik pannenkoeken van), zilvervliesrijst, speltpasta, zoete aardappel, pijnboompitten, pecannotten, Keltisch zeetzout, oregano, vier seizoenen peper,  avocado, citroensap, olijfolie extra vierge, kamillethee, brandnetelthee, verse gember. Tijdens een berghuttentocht waarbij ik vijf dagen geen eigen keuken heb, neem ik vaak mijn zelfgemaakte bananenbrood mee. Op vakantie heeft mijn lichaam meer moeite met naar de wc gaan en krijg ik wat sneller obstipatie. Daarom neem ik altijd voor de zekerheid Magnesiumcitraat en ‘goede stoelgang’-thee mee. Tijdens mijn laatste hike heb ik ze niet eens nodig gehad en werkte een diepe ademhalingsoefening voldoende. Verder neem ik altijd Loperamide of Norrit mee om in geval van nood de boel te kunnen stoppen.

3. Met PDS op vakantie: Verdiep je in de eetgewoonten

Eén van de meest gemaakte fouten is om te gaan reizen zonder dat je weet welke eetgewoontes er spelen in dat land. Daar ben ik behoorlijk de mist in gegaan tijdens mijn reis van vier maanden in Azië. Ik had veel darmkrampen kunnen voorkomen, als ik van te voren wist dat er sojasaus (Ketjap) door de rijst zat. Italië is bijvoorbeeld een pastaland waar ook Mediterraans (vis, salade, groenten en olijfolie) wordt gegeten. Ik zou het interessant vinden om te weten of ze bruine pasta serveren in het restaurants. Dit kun je checken door van te voren een menukaart te bekijken van een restaurant in de stad of het dorp waar je heen gaat.

Frankrijk staat bekend om de witte stokbroden en Franse kazen die ik vooral links moet laten liggen. Gelukkig kun je steeds vaker glutenvrij brood in een supermarkt kopen of een bruine Baguette met Tomme (harde niet al te oude kaas). Engeland staat bekend om de vette, bewerkte worstjes, de bizarre sauzen en zwarte, sterke thee. Daarom serveer ik daar altijd de sauzen apart, vraag ik na welke ingrediënten er in een bepaald gerecht zitten en neem ik mijn eigen thee mee. Het kan ook helpen om op te schrijven welke voeding je niet kunt eten in de taal van het land. Zo weet ik dat tarwe in het Frans farine de blé is en in het Duits Weizen. 

Hoe bereid jij je voor op je vakantie? Laat hieronder een bericht achter!